Meer gletsjers en gletsjermeren

Vanuit Vík gaan we ook weer vroeg rijden. Allereerst rijden we een stukje terug om de bijzondere rotsen uit zee te zien steken. Daarvoor moeten we naar het zwarte zandstrand lopen. We worden gevolgd door twee honden, die blijkbaar alle toeristen vergezellen. De zee beukt op het strand en we zien hoge golven en die schuimend het strand aanvallen. Het is een beetje nevelig en dat geeft een mistieke sfeer aan de rotsen. Onder de berg op het strand bevindt zich een grot in de vorm van een koepel die bestaat uit allemaal staven steen. Er bovenop zitten onder andere papegaaiduikers, oftewel puffins. Dit zijn kleine vogeltjes die er uitzien als witte papegaaien met een korte rode snavel.
Het is er erg rustig, net als we teruglopen komen we een ander stel (landgenoten) tegen. We maken een kort praatje en foto's van elkaar voor de rotsen en nemen vervolgens afscheid.
Op naar het oosten. De eerstvolgende stop is bij een enorme kloof, waar we bovenlangs kunnen wandelen. Aan het eind worden we beloond met een prachtig uitzicht en een waterval. Ook hier is verder niemand te zien, alleen als we bijna terug zijn lopen ook vier andere personen de heuvel op. We stoppen voor koffie bij een wegrestaurantje waar ook een tankstation is. En dan zien we de klapper van vandaag, waar we ons op verheugd hebben. Het gletsjermeer met de ijsschotsen. Ontroerend mooi! Zie de foto.
Rond 16.00 uur rijden we Hófn (spreek je uit als Hub) binnen, de hostel is snel gevonden en we checken in. 's Avonds koken we zelf. Heerlijke lamskoteletjes met sperciebonen en aardappelpuree.

Aangezien we hier twee nachten blijven, hebben we een hele dag om de omgeving te verkennen. We rijden na het ontbijt, allereerst een stukje terug en nemen onverhoopt een duits meisje mee dat bij ons in het hostel zat. We zetten haar af bij het eerstvolgende hostel en wij rijden via een zijweg richting één van de gletsjertongen. We moeten voorzichtig zijn met de auto, halverwege is te doen, maar daarna is de ondergrond zacht en drassig. We rijden een spannende graveltocht en komen na 8 km uit bij een gletsjermeer. We lopen nog een stukje, maar je voelt de grond bewegen als een spons, dus we vinden het snel genoeg. Natuurlijk wl nadat we alles digitaal hebben vastgelegd.
Even later kunnen we via een andere zijweg dichter bij een tweede gletsjertong komen. Tot aan een bult stenen, maar een prima plekje met goed zicht op het ijs. Het weer werkt ook mee vandaag, we zien veel meer kleurschakeringen dan gisteren en blauwe lucht met witte sneeuw is beter op de foto dan wit op wit.
We rijden terug naar Hófn voor cappucino en doen boodschappen. De avondzon is mooi, dus we besluiten nog een stukje naar het noorden te rijden en daar naar de kust te rijden. Het is een gravelweg met veel gaten en enorme plassen, maar gelukkig niet diep. We worden beloond met uitzicht op een woeste zee die tegen zwarte rotsen slaat. En ook de bergen eromheen en de zwarte vloeivelden zien er prachtig fotogeniek uit. Rond 19.30 uur is het tijd om te eten en dat doen we bij Kaffi Hornid, waar ze een speciaal voorgerecht hebben met kreeft en knoflookbrood, dus wat denk je........Ook de vis van het hoofdgerecht smaakte uitstekend. We sluiten af met een winderig, maar zonnig uitzicht op alle drie de gletsjertongen die vanaf Hófn kunt zien.